Noordelijke Donbas herstelt zich langzaam van een diep oorlogstrauma
Het Oekraïense leger veroverde drie jaar geleden de oostelijke stad Kramatorsk op pro-Russische rebellen. Stap voor stap proberen de inwoners er de oorlog te vergeten.
In zijn kantoortje toont Aleksandr Vorosjkov trots dat hij inmiddels EU-adviseur is voor de vluchtelingenopvang in zijn regio. ‘Ik moet nu wel beter Engels leren’, grinnikt de coördinator van SOS Kramatorsk, een drie jaar geleden in het leven geroepen hulporganisatie voor mensen die de zelfverklaarde, pro-Russische Volksrepubliek Donetsk (DNR) zijn ontvlucht.
Hoeveel dat er zijn, is volgens Vorosjkov lastig vast te stellen. ‘Oekraïne betaalt geen pensioenen meer uit in de DNR. Daarvoor moeten de mensen nu naar Kramatorsk, Slovjansk en Bachmoet. Maar in de praktijk wonen er veel nog gewoon in Donetsk’, vertelt Vorosjkov, een vriendelijke vijftiger met grijs baardje en het haar in een paardenstaart.
Vorosjkov hoort van vluchtelingen dat er weinig meer goed functioneert in het rebellengebied, waarvoor westerse journalisten nauwelijks nog een vergunning krijgen om er te werken. ‘Ze vertellen dat er geen werk is’, zegt Vorosjkov. ‘Dat zo goed als alle mijnen zijn gesloten of door gebrek aan onderhoud volledig met water zijn onderlopen. Velen zijn de DNR zat, maar willen niet toegeven dat ze fout zaten, toen ze drie jaar geleden voor onafhankelijkheid stemden.’
Diep trauma
In 2014 scheidden de regio’s Donetsk en Loehansk zich de facto af van Oekraïne, nadat een volksopstand eerder dat jaar de Oekraïense president Viktor Janoekovitsj op de vlucht had doen slaan. Na een referendum in mei 2014 behoorde Kramatorsk (ruim 180.000 inwoners) een maand of twee tot de DNR. Maar in juli van dat jaar rukte het Oekraïense leger plotseling op en wist het de stad te heroveren. De pro-Russische rebellen trokken zich terug in de stad Donetsk. Kramatorsk was in een klap het nieuwe administratieve, financiële en militaire centrum van het Oekraïense deel van de streek Donbas.
De laatste oorlogshandelingen dateren van februari 2015. Toen regende het ineens raketten op de stad en kwamen vijf mensen om. Oekraïne beschuldigde de rebellen ervan opzettelijk woonwijken te hebben beschoten. De DNR ontkende. Sindsdien is het rustig in Kramatorsk en de steden eromheen. De communistische relieken uit het verleden zijn inmiddels opgeruimd. Lenin is van het plein voor het stadhuis verwijderd, op het voetstuk wappert nu een Oekraïense vlag.
De huidige rust ten spijt, heeft de oorlog een diep trauma achtergelaten, vertelt locoburgemeester Svetlana Falsjtsjenko in het gemeentehuis. ‘Als er vliegtuigen laag overkomen, raken mensen nog steeds in paniek.’
Volgens Falsjtsjenko kent Kramatorsk zo’n 15.000 geregistreerde vluchtelingen uit Donetsk, maar ze schat het onofficiële aantal op het dubbele. Ze drukken op de woning- en arbeidsmarkt. De industrie in Kramatorsk heeft het hoe dan ook zwaar om de draad na de oorlog weer op te pakken, zegt Falsjtsjenko. ‘Heel Oekraïne heeft door het conflict 70% van zijn afzetmarkt in Rusland verloren. Ook de machinebouw hier merkt dat.’
Teleurgesteld in Kiev
Bovendien heeft het regionale fabriekswezen moeite zich aan te passen aan Europese regels waarmee Oekraïne nog nadrukkelijker te maken heeft na het sluiten van het Associatieverdrag in 2014. En de inwoners van Kramatorsk zijn teleurgesteld in Kiev, vertelt de locoburgemeester. ‘Ze denken dat er meer geld naar West-Oekraïne gaat dan naar de Donbas.’
Maar de bouwsector ontwikkelt zich goed en de ontslaggolf bij de fabrieken is tenminste tot stilstand gebracht, zegt Falsjtsjenko. ‘We hebben twee jaar echt crisis gehad. Maar nu is er een begin van stabilisatie van de economie in de Donbas.’