FD artikel
Brusselse waterstofsubsidies plaatsen Nederlandse sector voor een dilemma
De Europese ‘waterstofbank’, die Brussel een jaar geleden aankondigde, start eind november met de veiling van €800 mln aan subsidies. Nederlandse waterstofmakers kijken met interesse naar dit nieuwe potje. Maar ze worstelen met het verbod op het combineren van Europese en nationale subsidies. Temeer nu de Nederlandse overheid nagenoeg gelijktijdig een eigen subsidieregeling in de markt zet.
Dat stelt NL Hydrogen, de branchevereniging voor de Nederlandse waterstofsector, na een rondvraag onder haar leden. ‘In de basis staat de sector positief tegenover de Brusselse plannen’, zegt Alice Krekt, directeur van NL Hydrogen. ‘Maar er leven wel wat aandachtspunten. Dat de Europese subsidies niet te combineren zijn met andere subsidies is er daar eentje van.’
Krekt wijst op de situatie in de VS, waar bedrijven simpelweg $3 per kilo groene waterstof krijgen. ‘Heel eenvoudig. In Europa is het vaak ingewikkeld.’ Marcel Galjee, directeur van het groene waterstofbedrijf HyCC, onderschrijft dit. ‘De Europese en nationale instrumenten zouden elkaar moeten versterken. Nu moet je als bedrijf een afweging maken.’
Naar beide potjes hengelen, vervolgens afwachten welke aanvraag succesvol is en dan een keuze maken, ligt volgens Galjee niet voor de hand. ‘Een aanvraag kost veel tijd, geld en energie.’ Hij kan zelf nog niet zeggen wat HyCC gaat doen. ‘We zijn de voorwaarden nog aan het bestuderen.’
Grote ambities
De Europese Unie ziet groene waterstof – geproduceerd met stroom van zon of wind – als belangrijk bij de transitie naar een klimaatneutrale toekomst. De ambities zijn groot, maar er is sprake van een patstelling. Groene waterstof is soms wel drie tot vijf keer duurder dan grijze waterstof, die voortkomt uit fossiele brandstoffen.
Potentiële afnemers wachten met investeringen in schone productielijnen, omdat ze eerst zeker willen zijn dat er straks genoeg groene waterstof beschikbaar is. Producenten wachten ook, omdat ze zeker willen weten dat hun groene waterstof straks afgenomen wordt.
De Europese waterstofbank moet deze impasse doorbreken door producenten te compenseren voor het verschil tussen hun kostprijs en de prijs die de markt wil betalen, waarmee de zogeheten ‘onrendabele top’ wordt weggenomen.
Binnen de Nederlandse regeling is €246 mln beschikbaar. Deze werkt op dezelfde manier als de Europese regeling, maar daarnaast is er ook subsidie beschikbaar voor de investering in de productiecapaciteit zelf.
Goedkope zonnestroom
Wie een lage kostprijs heeft, kan voor iedere euro subsidie meer groene waterstof produceren. Dat zou Zuid-Europese landen als Spanje een voordeel kunnen geven in de race om de Europese subsidies, omdat ze profiteren van een overvloedig aanbod aan zonnestroom - goedkoper dan stroom van, bijvoorbeeld, wind op zee.
Maar de suggestie dat Nederlandse bedrijven dus maar beter naar het nationale potje kunnen hengelen, is volgens NL Hydrogen en HyCC te kort door de bocht. ‘Natuurlijk, de kosten van elektriciteit zijn een belangrijke factor', zegt Galjee van HyCC. 'Maar niet de enige. Qua infrastructuur heeft Nederland misschien weer een voordeel en met de chemische sector hebben we een grote afnemer in huis.’
Europese Commissie-voorzitter Ursula von der Leyen kondigde de Europese waterstofbank een jaar geleden aan. In maart werd een pilotveiling in november in het vooruitzicht gesteld en een kleine twee weken terug volgden de voorwaarden hierbij.
Zo mag een project maximaal een derde van de subsidiepot, oftewel €266,7 mln, opstrijken. De minimumproductiecapaciteit is 5 megawatt en een project moet binnen vijf jaar na toekenning van de subsidie met de productie beginnen, anders komt de subsidie weer te vervallen.
Dat laatste kan ook gebeuren als de productie drie jaar lang minder dan 30% bedraagt van wat bij de aanvraag werd aangegeven.
Gelijk speelveld
Het verbod om subsidies te stapelen, rechtvaardigt de Commissie door te wijzen op het ongelijke speelveld dat ontstaat als bedrijven uit lidstaten met veel publieke steun gaan concurreren met bedrijven uit landen die niet zulke regelingen hebben.
De Europese waterstofbank krijgt een steunbudget van €3 mrd. De veiling later dit jaar is dus niet meer dan een eerste stap. ‘De Amerikanen hebben met hun groene steunplan IRA de aftrap gegeven, dus de EU moet ook iets doen’, zegt Jörg Gigler van Topsector Energie, een organisatie die zich inzet voor duurzame en betaalbare energie-innovaties. ‘Ik denk dat deze Europese veiling interessant is voor tien à vijftien Nederlandse partijen. Het is een goede eerste stap, maar uiteindelijk moet je serieus de portemonnee trekken om een signaal af te geven.’
De Europese brancheclub Hydrogen Europe gaf eerder te kennen dat de EU €3 mrd per jaar aan steun nodig heeft om de ambities waar te kunnen maken.