Vergunningen, geen subsidie
Als hij over de voordelen van natuurlijke waterstof begint, wordt hij nog enthousiaster. ‘Het is goedkoop. Je kunt het via de bestaande infrastructuur van gasleidingen naar de plek brengen waar je het wilt gebruiken. En de voorraad raakt nooit op, want zolang diep in de bodem ijzerrijke rotsen en water met elkaar in contact blijven, wordt er continu nieuwe waterstof gemaakt.’
Gevraagd naar de opbrengst van de waterstofbron in Nebraska hult Zgonniks zich in stilzwijgen. ‘In dit vroege stadium is dat nog bedrijfsgevoelige informatie die ik niet kan delen. Maar op basis van wat ik nu weet, durf ik dit wel te zeggen: ik geloof dat natuurlijke waterstof de potentie heeft om alle fossiele brandstoffen te vervangen. Ja, ik weet dat dat nogal een uitspraak is, maar ik ben ervan overtuigd.’
Ian Munro in Aragón is iets voorzichtiger, maar ook hij is optimistisch. ‘De potentie is heel groot. Er is wel een grote “maar”: we moeten in staat zijn de waterstof naar boven te halen en te vervoeren. In Europa hebben we daar vergunningen voor nodig. Daar zijn we nu mee bezig. Elke keer als ik er met overheidsvertegenwoordigers over praat, zijn ze verbaasd. Ik vraag niet om subsidies, zoals producenten van schone maar dure groene waterstof wél doen. Ik heb investeerders en we kunnen goedkoop produceren, vier tot vijf keer zo goedkoop als groene waterstof. Subsidie hoef ik niet. Het enige wat ik wil is vergunningen. Zodra we die hebben, weet ik meer over wat we precies oppompen en hoe belangrijk natuurlijke waterstof zal zijn in de energiemix.’
Brandende zeppelin
Zijn er dan alleen maar positieve berichten over natuurlijke waterstof? Richard van de Sanden van de TU Eindhoven wijst op de risico’s. ‘Dit klinkt allemaal veelbelovend, maar als we waterstof gaan oppompen, opslaan, vervoeren en gebruiken, dan moeten we nadenken over hoe we het veilig houden. Waterstof is nu eenmaal niet zo veilig als andere energiebronnen die we al kennen, zoals fossiele brandstoffen, zon en wind.’
Viacheslav Zgonnik: ‘Het beeld dat bij mensen het eerste opkomt als ik praat over waterstof is een brandende zeppelin.’ Dat is niet zo gek: de beelden van de brandende Hindenburg-zeppelin uit 1937 zijn iconisch. In de vlammenzee kwamen 35 mensen om het leven. De impact van dat 85 jaar oude beeld wordt nog steeds gevoeld door pioniers in de waterstofwereld. Zgonnik: ‘Helemaal eerlijk is dat niet. We hebben al veel geleerd over de risico’s van waterstof. In het begin wisten we ook weinig over hoe veilig of onveilig olie en gas waren. Alleen door te beginnen kunnen we alle eigenschappen van waterstof leren kennen en manieren vinden om er veiliger mee om te gaan.’
Niet in Nederland
Munro en zijn Helios Aragón denken voldoende veiligheidswaarborgen te hebben ingebouwd om de vergunningen rond te krijgen. Dan zouden ze volgend jaar kunnen beginnen met waterstofwinning in het noorden van Spanje. Ondertussen kijkt Munro ook naar andere plekken in Europa, voordat, zoals hij het zegt, ‘de big boys zich op natuurlijke waterstof storten’. Munro heeft het dan over de grote energiebedrijven van de wereld.
Het zoeken gebeurt in bodems die vergelijkbare eigenschappen hebben als die in Mali en Aragón. ‘Dan kom je meestal in de buurt van bergketens uit. We doen nu proefboringen in Duitsland, Polen en Hongarije. Ik denk dat Zweden ook goede condities heeft.’
Gevraagd naar de kansen voor Nederland, verschijnt een veelbetekenende glimlach om de mond van Munro. ‘Ik ben de afgelopen anderhalf jaar al een aantal keren verrast als het gaat om natuurlijke waterstof, dus ik durf niks met zekerheid te zeggen. Maar op basis van wat we nu weten, zou ik niet in Nederland zoeken.’
Een kleurenpalet aan waterstof
Waterstof is schone energie. Er kunnen auto’s en bussen op rijden, en het wordt ook al op kleine schaal ingezet in de industrie. Als waterstof verbrandt, komt alleen waterdamp vrij. Waterstof is kleurloos. Toch gebruikt de wetenschap juist kleurcodes om verschillende types te onderscheiden.
Bruine waterstof is de meest vervuilende soort die er is. Steenkool of bruinkool wordt verbrand om deze waterstof te maken en daar komen veel schadelijke stoffen bij vrij, naast CO2 bijvoorbeeld ook zwaveldioxide.
Grijze waterstof, tot nu toe de meest gangbare vorm. Voor de productie wordt olie gebruikt, of aardgas dat onder druk wordt gezet en verhit. Daarbij komt CO2 vrij.
Blauwe waterstof wordt op dezelfde manier gemaakt als grijze, maar het verschil is dat de CO2 die tijdens het maakproces vrijkomt, wordt opgevangen en onder de grond wordt opgeslagen, bijvoorbeeld in lege aardgasvelden.
Paarse waterstof wordt geproduceerd met gebruik van kernenergie. Het voordeel is dat er geen CO2 vrijkomt, maar er is wel nucleair afval.
Groene waterstof wordt gemaakt met duurzame elektriciteit. Stroom die is opgewekt met zonnepanelen en windmolens wordt in een fabriek omgezet in waterstof, een methode om zonne- en windenergie op te slaan voor gebruik op een later moment.
Oranje waterstof is waterstof die ontstaat door water in ijzerrijke ondergrondse rotsformaties te pompen. Door de reactie tussen water en de ijzerrijke rotsen komt waterstof vrij, die dan weer omhoog wordt gepompt.
Witte waterstof wordt door de aarde zelf gemaakt op plekken waar, onderaards, water en ijzerrijke rotsformaties samenkomen. Als het lukt deze waterstof te winnen, is het de schoonste van alle soorten waterstof.