BEURSGENOTEN: HET BEGRIP ‘JANUARI EFFECT’
Deze beurswijsheid stelt dat januari in vergelijking met de overige maanden in het jaar een hoger rendement laat zien. Daarnaast is er een tweede aan de maand januari gelieerd adagium: “as january goes, so goes the year”. Dit adagium stelt dat de eerste vijf handelsdagen van de maand januari een voorspellende waarde hebben voor het jaarrendement.
Januari is voor veel beurzen de ideale maand om te gaan stijgen. Dit heeft nauw te maken met het eindejaarseffect waarbij aan het einde van het jaar verliesgevende beleggingen worden verkocht om de winsten op de overige transacties, die gedurende het jaar hebben plaatsgevonden, te compenseren waardoor de belasting die verschuldigd is over kapitaalstijgingen kan worden voorkomen. Dit zorgt voor verkoopdruk op slecht presterende aandelen in de maand december, waarna in januari deze verkoopdruk verdwijnt, waardoor de koersen kunnen herstellen.
Afgezien van het feit dat dit nog geen verklaring geeft voor stijgende koersen in januari in landen waar deze fiscale regel niet geldt, lijkt dit effect toch ook strijdig met het fenomeen eindejaarsrally. Dit wordt dan weer goedgepraat door er op te wijzen dat beleggers inspelen op het januari-effect door al in december bepaalde aandelen te kopen.
Een tweede verklaring is het zogenaamde “window-dressing” door institutionele partijen. Deze partijen worden beoordeeld op basis van hun posities in de portefeuille en de mate van risico die zij nemen. In hun jaarverslag willen zij een gunstig plaatje laten zien waardoor ze tegen het eind van december hun kleinere aandelen en speculatieve posities verkopen en de vrijgekomen gelden beleggen in grote, gerenommeerde ondernemingen waarmee zij hun portefeuille opleuken voor de participanten. In januari gebeurt precies het tegenovergestelde. Short posities worden in de regel in december juist vanwege fiscale redenen niet gesloten en vaak over het jaareinde heen getild. Het sluiten van deze posities kan in januari leiden tot extra koopdruk.
Daarnaast zien veel beleggers 1 januari als de dag dat alle ellende op de beurs van het vorige jaar volledig vergeten mag worden en alle mogelijkheden weer open staan waardoor beleggers bereid zijn om meer risico te nemen. Dit optimisme kan uiteindelijk leiden tot koopdruk waarbij kleinere aandelen niet zoals in december veelal worden overgeslagen.
Ook kunnen overnames een rol spelen. Dealogic meldde recent dat er over 2015 voor het eerst meer dan $5.000 miljard aan fusies en overnames is aangekondigd. Met name het aantal megadeals (Pfizer / Allergan, Inbev / SAMMiller, Shell / BG) is opvallend. Beursgenoten verwacht dat de transacties in het midden- en kleine segment nog zullen volgen. Beleggers gaan hier mogelijk op inspelen en zich meer en meer positioneren in kleinere aandelen.
SMALL CAPS VERSUS GROTERE AANDELEN
Het januari-effect is eigenlijk vooral een smallcap-effect wijst onderzoek door de Amerikaanse financiële professoren Eugene Fama en Ken French uit. Sterker, de outperformance van small caps blijkt vooral een januari kwestie en het bekende small-firm-effect en het januari-effect gaan daarmee hand in hand.
Uit data van Fama en French blijkt dat smallcaps (met een marktkapitalisatie kleiner dan $250 miljoen) het sinds 1926 in de januari maanden gemiddeld 7% beter hebben gedaan dan de grotere aandelen terwijl ze in de overige 11 maanden in het geheel niet outperformen. Tussen 1926 - 2008 heeft de Russell 2000 Index het in 69 van de 81 januari maanden beter gedaan dan de Dow Jones index. In de 14 jaar tussen 1994 - 2009 hebben smallcaps maar 6 keer een outperformance neergezet wat aangeeft dat het spelen van een mogelijk seizoenspatroon geen enkele winstgarantie biedt.
Wat dichter bij huis blijkt de Nederlandse smallcap index ASCX het over de jaren 2006-2010 in de januari maand inderdaad beter te doen dan de AEX-index. Echter, deze outperformance blijft lang niet altijd beperkt tot de maand januari.
Kijkend naar de AEX-Index blijkt dat vanaf 1984 de rendementen in januari gemiddeld genomen positief zijn. Echter, vergeleken met de andere maanden in het jaar is het rendement middelmatig te noemen. Opvallend is echter dat het rendement in december ver boven het gemiddelde maandrendement uitkomt met 3%. Waar dus geen bewijs kan worden geleverd voor het januari-effect, lijkt er bij grotere aandelen een sterk december effect te bestaan.
AS JANUARY GOES, SO GOES THE YEAR?
Kijkend naar de stelling “as januari goes so goes the year” blijkt dat in maar liefst 24 van de 27 jaren sinds 1984 de eerste vijf handelsdagen van januari een perfecte voorspeller zijn voor een positief of negatief rendement op de AEX in het jaar.