Alsof ze nog niet genoeg jatten!
AMSTERDAM (Dow Jones)--Nu in veel landen de staatsfinancien sterk verslechterd zijn door de kredietcrisis en eurocrisis, krijgen steeds meer landen belangstelling voor een bijzondere, eenmalige heffing op particulier vermogen, om de hoge staatsschuld in een klap terug te dringen tot een houdbaar niveau. Dat stelt het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in een woensdag gepubliceerd rapport over belastingsystemen.
Voor een groep van vijftien eurozonelanden zou een eenmalige vermogensheffing van 10% voor huishoudens met een positief nettovermogen nodig zijn, om de staatsschuld terug te dringen tot het niveau van voor de crisis. Hoe een dergelijke heffing er in de praktijk zou uitzien vertelt het IMF niet, maar vermoedelijk zal dit neerkomen op een forse aanslag op de spaartegoeden van de rijkere huishoudens.
Het IMF veronderstelt enigszins optimistisch dat onwenselijk uitwijkgedrag zou kunnen worden vermeden, mits deze vooralsnog theoretische heffing wordt doorgevoerd voordat huishoudens hun vermogen in veiligheid kunnen brengen. Bovendien moeten de huishoudens er dan ook nog op vertrouwen dat er niet nog eens een tweede of derde heffing zal komen.
Het IMF-rapport erkent dat deze voorwaarden niet zo makkelijk kunnen worden vervuld. De alternatieven, zoals het geleidelijk laten leeglopen van de opgeblazen staatsschuld middels inflatie, zouden echter niet veel beter zijn.
Zo'n eenmalige vermogensheffing is in het verleden meermalen vertoond, stelt het IMF, zoals na de Eerste Wereldoorlog in verschillende Europese landen en ook na de Tweede Wereldoorlog in Duitsland en Japan. Bij die pogingen werd echter niet veel buitgemaakt, omdat burgers alle tijd hadden om hun kapitaal naar het buitenland te sluizen, wat juist leidde tot ongewenste inflatie.
Het IMF merkt op dat in diverse landen de reguliere vermogensbelasting de afgelopen decennia is verlaagd, waaronder Nederland en Duitsland. Spanje en IJsland hebben deze belastingvorm weer ingevoerd na de crisis en dit wordt nu ook elders serieus overwogen, merkt het IMF op.
De vermogens van huishoudens zijn in veel landen zeer ongelijk verdeeld, volgens gegevens die het IMF uit diverse bronnen bijeensprokkelde. Dat is in extreme mate het geval in de Verenigde Staten, waar 75% van het nettovermogen bij de rijkste 10% van de huishoudens zit, terwijl de minst bedeelde helft van de huishoudens slechts 2% van het totale nettovermogen bezit.
Voor Nederland, Frankrijk en Duitsland liggen de verhoudingen niet veel evenwichtiger. In Nederland is ruim 60% van het totale nettovermogen voor de top-tien van de huishoudens en nog geen 2% voor de onderste helft, aldus het IMF, dat zich onder andere baseert op gegevens van Credit Suisse en eigen schattingen.
Dat lage nettovermogen van de minst welvarende helft van de Nederlandse huishoudens zou kunnen samenhangen met de hoge hypotheekschulden en daling van de huizenprijzen. Hierdoor staan veel huishoudens inmiddels 'onder water': ze hebben een hypotheekschuld die hoger is dan de woningwaarde, wat een negatief nettovermogen oplevert. Deze groep huishoudens zou bij de eenmalige heffing waar het IMF over speculeert dus worden gespaard.