Horeca luidt noodklok en eist actie van minister Asscher
Reparatie flexwet nodig
door Ertan Basekin
Amsterdam -
Koninklijke Horeca Nederland (KHN) roept het kabinet op om de flexwet zo snel mogelijk aan te passen.
In een brief aan minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) luiden de horeca-ondernemers de noodklok dat maatwerk noodzakelijk is. ,,Door de uitwerking van de flexwet kunnen werkgevers geen werkbare afspraken meer maken met hun medewerkers. De effecten van de wet worden, met het zomer- en terrassenseizoen in zicht, pijnlijk zichtbaar.”
Contraproductief
Volgens beleidsadviseur Paul Schoormans werkt de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) contraproductief voor de sector. Veel ondernemers zijn huiverig om mensen in vaste dienst te nemen vanwege de vergoeding die ze moeten betalen als ze van die werknemers af willen.
„Maar ook de loondoorbetaling bij ziekte wordt als een groot risico gezien. Daardoor nemen horeca-ondernemers bijna geen mensen in vaste dienst. Sterker, het aantal payrollconstructies neemt alleen maar toe. Er wordt geen enkele vaste baan extra gecreëerd op deze manier.”
Terughoudend
Voorzitter Hans Biesheuvel van ondernemersvereniging ONL sluit zich daarbij aan. Hij hoort vanuit zijn achterban dat ondernemers in het midden- en kleinbedrijf enorm worstelen met de WWZ. „De onduidelijk rond de flexwet is groot. Ondernemers worden terughoudend en kiezen kiezen liever voor flexwerkers.”
Volgens Biesheuvel hebben de kleinere bedrijven genoeg werk. ,,Maar je kunt een mkb’er niet dwingen om iemand in vaste dienst te nemen. Door het beleid van Asscher worden zij juist kopschuw om mensen aan te nemen en dat remt de groei van onze economie.”
Transitievergoeding
De WWZ werd op 1 juli 2015 ingevoerd om het ontslagrecht te versoepelen. Werknemers met een vast of tijdelijk contract hebben sindsdien recht op een financiële vergoeding, de zogenoemde transitievergoeding.
De nieuwe ontslagwet regelt verder dat flexwerkers minder lang tijdelijke contracten mogen krijgen, zodat ze sneller in aanmerking komen voor een vast contract. De periode waarin een werkgever tijdelijke contracten kan aanbieden, is verkort van drie naar twee jaar. Daarmee wil het kabinet de doorstroom naar een vaste baan bevorderen.
Seizoensarbeid
„Ondernemers moeten werknemers na drie tijdelijke contracten in twee jaar een vast dienstverband geven, maar dat gaat gewoon niet als je met seizoensarbeid te maken hebt", zegt Schoormans. „Een horecazaak die drie maanden gesloten is in de winter, kan het loon van die werknemers niet doorbetalen.”
Volgens KHN heeft de WWZ dan ook een averechtse uitwerking. In de horeca zijn in totaal 367.500 mensen werkzaam, van wie 85.000 werknemers met een vast dienstverband, zowel in vol- als deeltijd. De verwachting is dat dit aantal de komende twee jaar met zeker minimaal 10% afneemt, ook nu de sector de de hoogste omzetgroei in vijftien jaar tijd heeft behaald.
Afspraken
Een woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid laat weten dat de wet is gewijzigd om mensen meer zekerheid en duidelijkheid te geven. „Ook het horecapersoneel heeft daar recht op. Bovendien is de horecasector sinds het sociaal akkoord van april 2013 op de hoogte is dat deze wijzigingen in aantocht waren. Er is in drie jaar tijd geen enkele actie ondernomen om tot goede afspraken met de bonden te komen”, zegt een woordvoerder.
Het ministerie zegt verder dat als de wet voor problemen zorgt in de bedrijfsvoering het mogelijk is om hier een oplossing voor te vinden. ,,Dat kan per cao, want we willen dat er zorgvuldig met de rechten van mensen wordt omgegaan. Werkgevers en werknemers moeten dan wel dat gesprek aangaan en niet alleen naar de politiek kijken voor aanpassing van de wet.”
Ramkoers
Werkgevers en bonden liggen echter op ramkoers waardoor de horeca al bijna twee jaar geen cao meer heeft.
Bron: DFT Premium