'op dit moment zeggen steeds meer bedrijven: het gaat niet meer'
De overheid moet meedelen in de risico’s waar ze zelf invloed op heeft, vindt Van Wingerden. In het verleden werd veel op de houtje-touwtje manier gepland, steeds één brug tegelijk. Met als gevolg dat er weinig consistentie documentatie is over de bouwgeschiedenis. Ook informatie over de bodem is niet altijd up to date. Om nog maar te zwijgen van risico’s bij vergunningverlening. Een bouwer kan zijn zaakjes nog zo goed voor elkaar hebben op papier, in het gemeentehuis kan de lokale of provinciale politiek er mee aan de haal gaan en probeer die tijd dan maar eens in te lopen.
Rijkswaterstaat zou wat Van Wingerden betreft de aanbestedingen ook anders in kunnen richten. 'In het ontwerpstadium bepaalt de overheid nu in een pril stadium al wat de prijs moet worden. Het zou beter zijn als eerst het ontwerp van het project wordt afgerond en dat pas dan een prijs wordt bepaald. Dat is een logisch moment. Verder kunnen kleine opdrachten beter gebundeld worden. Zoiets kan geografisch, met verschillende projecten in dezelfde regio, of op soort product zoals bepaalde bruggen op verschillende plekken in het land.'
Werken dergelijke aanpassingen niet erg in het voordeel van grote bedrijven zoals BAM?
'Het is niet zo dat je op die manier een markt maakt voor maar twee grote spelers. De inframarkt waar ik het over heb in Nederland, gaat over een paar miljard euro, dat is maar een deel van de bouwmarkt. Op die markt krijgt niemand een bepalende positie, ook BAM niet. En als niet prijs, maar innovatie doorslaggevende factor wordt, willen grote partijen zoals BAM graag samenwerken met slimme specialistische kleine bedrijven. We hebben elkaar nodig en kunnen elkaar versterken.'
Onderzoeksbureau EIB vindt dat projecten zoals de ondertunneling van de Amsterdamse Zuidas juist te complex zijn en daarom problemen opleveren. Bent u het daarmee eens?
'We máken het te complex, we willen met zijn allen te veel op te korte termijn. Als de Deltawerken, (waarvan de bouw decennia duurde, RE) een moderne DBFMO-aanbesteding waren geweest, had geen Nederlands bedrijf die willen aannemen. Grote projecten zijn van zichzelf moeilijk en onvoorspelbaar. McKinsey heeft eens uitgezocht dat 80 procent van de grote bouwprojecten niet op tijd en binnen budget zijn opgeleverd. Als dat zo is moeten we niet verbaasd, verontwaardigd en boos naar elkaar doen. Leg risico’s daar neer waar ze het best beheerst kunnen worden en ga uit van een reëel budget.'
'de top van rijkswaterstaat weet dat er iets moet veranderen, maar de rest van de organisatie ook?'
Inmiddels heeft Van Nieuwenhuizen toegezegd dat ze naar de tendersystematiek wil kijken en ook de top van Rijkswaterstaat zegt meer te willen luisteren naar de marktpartijen. Van Wingerden is daar blij mee, maar daarmee is het probleem niet opgelost, zegt hij 'Het is tot de top misschien doorgedrongen dat er iets moet veranderen, maar dat moet de hele organisatie door naar de dagelijkse praktijk. Dat is een project op zich. Gaat het vlot genoeg? Nee. Ik wil wel meer urgentie, maar heb ook te maken met de politieke realiteit. Niemand kan deze verandering alleen te weeg brengen, maar samen kunnen we het des te meer. Rijkswaterstaat en de bouwers dienen beide hun aandeel hierin te pakken.'
Heeft Rijkswaterstaat na de diverse bezuinigingsrondes nog wel genoeg kennis om grote bouwprojecten te beoordelen?
'Er zijn veel mensen weggegaan en daarmee ook kennis. De focus is meer op inkopen gelegd. Het is lastig werken met een opdrachtgever die weinig kennis in huis heeft. Besluitvorming gaat langzaam, omdat er een cultuur ontstaat van ‘geen fouten maken’. Het ontbreekt aan zelfvertrouwen.'
Is de conclusie nu dat DBFMO is mislukt?
'DBFMO is nog steeds interessant. Als je kijkt naar duurzaamheid, moet je de hele cyclus begroten. Dat kan alleen als je overal bij betrokken wordt. Bij de bouw en het onderhoud. Het probleem is niet DBFMO, het probleem is de invulling daarvan in termen van risico’s, deadlines en boetes. Het kan werken, maar niet voor alle projecten.'
Voor deze projecten werd de opdracht al teruggegevenDe opdracht is teruggenomen, zei het ministerie het afgelopen jaar over diverse projecten. In de bouwwereld werd gegniffeld om die formulering. Het werk is eigenlijk teruggegeven, zeggen infra-experts. Drie voorbeelden van grote projecten die (bijna) stilliggen:
1. De ‘ondertunneling’ van de Amsterdamse Zuidas wegens conflict overheid-bouwers over de risico’s
2. Afbouw Julianakanaal:bouwbedrijf is ‘van het project gehaald wegens onenigheid over uitvoering (risico’s)’
3. Knooppunt Hoevelaken, Rijk en bouwers kunnen het niet eens worden over financiële risico’s
Ook buiten de infrasector liggen geïntegreerde bouwaanbestedingen slecht in de markt. De gemeente Leiden blies in juli de tender voor een nieuwe ijshal af nadat precies 0 (nul) bouwbedrijven zich hadden gemeld.