Meer ruimte ACM om duopolie telecom te temmen
De kans is groot dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) meer mogelijkheden krijgt om het ontstane duopolie op de Nederlandse kabel- en telecommarkt aan te pakken. Dat kan betekenen dat naast KPN ook de nieuwe fusiecombinatie VodafoneZiggo rekening moet houden met strikter toezicht.
Dit valt op te maken uit een Kamerbrief die demissionair minister Henk Kamp van Economische Zaken afgelopen week verstuurde. Daarin geeft hij de positie weer die de Europese telecomministers innemen over de herziening van de telecomregels in Europa.
Het kantoor van VodafoneZiggo in Maastricht
Het kantoor van VodafoneZiggo in MaastrichtFoto: Hollandse Hoogte / Peter Hilz
Het standpunt van de Raad van ministers is een opsteker voor de ACM. Tegenover het FD beklaagde ACM-bestuurder Henk Don zich vorig jaar nog dat hij in Brussel geen gehoor vond om het duopolie in Nederland te temmen. Ook de Tweede Kamer en Kamp wilden dat de nationale toezichthouder meer ruimte kreeg om in te grijpen.
Lees ook
ACM loopt tegen muur in Brussel
Aanmerkelijke marktmacht
De Europese regels gaan ervan uit dat eigenaren van netwerken met een aanmerkelijke marktmacht derde partijen toegang moeten bieden. In Nederland is KPN in dit opzicht sinds de liberalisering van de telecommarkt verplicht om dit te doen. Zo maken diverse aanbieders zonder eigen netwerk gebruik van de vaste lijnen van de voormalige staatsmonopolist. VodafoneZiggo kent die verplichting niet.
De Brusselse regelgeving voorziet echter niet in een situatie met twee vergelijkbare netwerken, waarbij dominantie moeilijker is aan te tonen. Dat kan ertoe leiden dat kleinere aanbieders zonder vast netwerk, geen bescherming krijgen van de toezichthouder.
Twee landelijk dekkende netwerken
Nederland geldt binnen Europa als het enige land waar naast een landelijk dekkend telefoonnetwerk ook een landelijk dekkend kabelnetwerk is. Beide zijn geschikt voor bel-, internet- en tv-aansluitingen.
Binnen Europa pleitte Nederland nadrukkelijk voor de mogelijkheid om toegang tot netwerken op te leggen, zonder dat aanmerkelijke marktmacht hoeft te worden aangetoond. 'In de Raadspositie mogen lidstaten deze ruimte bieden aan hun toezichthouder, maar zijn ze daartoe niet verplicht', schrijft Kamp. 'De bepaling kan hierdoor rekenen op brede steun van lidstaten.'
Andrus Ansip, eurocommissaris voor digitale zaken
Andrus Ansip, eurocommissaris voor digitale zakenREUTERS
De Raad van ministers neemt hierover op 24 oktober een besluit, waarna het Europees Parlement zich nog over de kwestie moet uitspreken. Later dit najaar komt de ACM nog met een eigen marktanalyse.
Het standpunt van de Europese ministers staat haaks op dat van de Europese Commissie. Het dagelijkse EU-bestuur wil de telecomregels juist gelijktrekken. Ook vreest ze dat de nationale toezichthouders de ruimte die hun geboden wordt, te lichtvaardig zullen benutten, zo stelt Kamp vast in zijn Kamerbrief.
Frequenties
Ook op andere punten botsen de telecomministers met de Europese Commissie. Dat geldt met name voor de harmonisering van de frequenties. Brussel wil het liefst een eenduidige digitale snelweg in Europa, maar de lidstaten lijken niet zo ver te zijn. Zij willen ruimte behouden 'om met maatwerk de juiste oplossingen te vinden voor nationale omstandigheden en uitdagingen'.
Lees ook
Digitale snelweg in Europa dreigt wirwar van karrepaden te worden
Voor eurocommissaris Andrus Ansip van digitale zaken is dit een streep door de rekening. Hij ziet zijn ambitieuze plannen voor digitale versnelling in de EU in gevaar komen. Via twitter liet hij vorige week zijn teleurstelling al blijken. Volgens hem toont de Raad een gebrek aan ambitie rond de frequenties.
Europa staat aan de vooravond van weer een nieuw mobiel netwerk, dit onder de naam 5G. Dit kan aanzienlijk meer data verstouwen dan het 4G-netwerk, dat een aantal jaren terug is geïntroduceerd. 5G is bijvoorbeeld een voorwaarde om een succes te maken van de zelfrijdende auto en het internet der dingen, waarbij allerlei apparaten aan het internet zijn verbonden. Ansip vreest dat door gebrek aan coördinatie dit nieuwe netwerk in de soep draait en Europa digitaal nog verder achterop raakt.