Ik heb een positie in Heijmans al heb ik gisteren wel voor een deel winst genomen. Ik verwacht voor 2016 nog een overgangsjaar en pas in 2017 betere cijfers bij infra. Dit heeft Ton Hillen in een interview met Cobouw in augustus ook zelf aangegeven (geef me nog anderhalf jaar).
Heijmans-bestuurder Ton Hillen reorganiseert na de woningdivisie en de utiliteitsdivisie nu ook de verliesgevende infrapoot van de Brabanders. “Soms ben ik lastig.”
Directielid en “oorspronkelijk vastgoedman” Ton Hillen is sinds januari van dit jaar bezig de infradivisie van Heijmans uit het slop te trekken. De divisie schrijft al een paar jaar verliezen. De grote projecten die voorkwamen uit de Crisis- en herstelwet hebben onvoldoende opvolging gekregen. In het eerste halfjaar van dit jaar werd een verlies van 15 miljoen euro geleden; op een omzet van 306 miljoen euro is dat een negatieve marge van 5 procent. Daarmee is infra het probleemkind geworden van Heijmans.
De nieuwe infrabaas verwacht dat Heijmans ook volgend jaar nog last heeft van slechte resultaten bij infra. Over een groot deel van de projectenportefeuille wordt matig gescoord. “Maar de maatregelen zijn erop gericht dat het in de komende jaren beter wordt”, zegt Hillen.
Wat Hillen in het begin van de crisis bij de woningdivisie deed, en daarna bij utiliteit, doet hij nu bij infra. Reorganiseren en slagvaardiger maken. De afgelopen jaren verdwenen er al veel banen in de infratak.
Meer dan de helft van zijn tijd besteedt Hillen sinds januari aan infra. Wat trof hij aan? “Infra was een bedrijf met de onderdelen wegen en civiel. Ieder behaalde onafhankelijk zijn eigen resultaat. We hebben wegen en civiel onder één aansturing gebracht en werken nu op basis van best for project. Het maakt niet uit of je voor civiel of wegen werkt, het gaat erom dat wij gewoon als Heijmans Infra de beste besluiten nemen. Dat kan best betekenen dat je bij wegen een euro verliest, maar er drie verdient aan de civielkant. Dan doe je het heel goed.”
Niet alleen bij tenders wordt niet meer naar de individuele belangen van de delen gekeken, ook na de start-up in de ontwerpfase, voordat wordt begonnen met de bouw, komen alle partijen nog een keer samen. Gebeurde dat dan eerst niet? “Te weinig”, vindt Hillen.
Optimale oplossing
Het gevaar in de ontwerpfase is volgens hem dat techneuten blijven ontwerpen. “Techneuten zoeken altijd naar de meest optimale oplossing. Soms moet je ook zeggen: stick to the plan. We hebben dit bedacht en zo hebben we het aangeboden, zo gaan we het ook maken. Want anders gaan je kosten enorm exploderen.”
Hillen nam meer lessen mee naar infradivisie. “Als we design & construct-project aanbieden, heb je hogere ontwerpkosten. Dan moet je die ook in rekening brengen bij de klant. En als we meer risico nemen, mag je meer marge vragen.”
Te veel risico? “Dan moet je gewoon nee zeggen. Klaar. Gaan we het niet doen, want Heijmans kan niet overleven als er geen geld wordt verdiend. Dat betekent per saldo – maar dat is nu helemaal nog niet aan de hand – dat je je organisatie iets kleiner moet maken.”
Dat moest hij bij de divisies vastgoed en woningbouw drie jaar geleden ook al doen. Tweehonderd van de driehonderd mensen verdwenen. “We kwamen op een dieptepunt van 200 miljoen omzet, en we gaan dit jaar weer naar de 300 miljoen. We nemen kwalitatief goede, jonge mensen aan. De organisatie verversen is heel gezond. Maar het betekent wel dat je eerst pijn moet nemen.”
Bij de utiliteitsdivisie moest Heijmans de laatste jaren ook afslanken. De divisie die grotendeels installatiewerk doet, wilde begin dit jaar tweehonderd mensen ontslaan, maar het UWV hield dat tegen. Hillen kan zich er nog boos over maken. “Zie wat er gebeurt: Imtech Building Services gaat failliet. En wij kregen geen toestemming van het UWV.” Heijmans heeft de reorganisatie toch voortgezet. Twee derde van de tweehonderd mensen is inmiddels weg. Via vaststellingsovereenkomsten, of ze vonden werk bij andere bedrijven, onderaannemers en leveranciers.
Bij infra zit de pijn in de projecten die met te veel risico voor een te scherpe prijs zijn aangenomen. Hillen: “Door de eagerness en de krachten in de markt zijn partijen steeds meer opgeschoven naar het accepteren van te hoge risico’s.” Ook Heijmans.
Reëel
Met opdrachtgevers praten alle grote infrabedrijven nu over een “reële” verdeling van de risico’s. Opdrachtgevers maken het volgens Hillen soms nog steeds wel erg bont. Zo zou voor een groot project – Hillen wil de naam niet noemen – de boete voor het te laat opleveren 200.000 euro per dag, oplopend naar maximaal 6 miljoen euro, bedragen. “Dan gaan we gewoon niet inschrijven”, dreigde Heijmans. Na overleg werd de clausule afgezwakt.
Het is de hand van Hillen. “Nee zeggen is een kwaliteit”, vindt hij. Ook zit hij “dichter op de projecten”. Dat was nodig. “Bij infra stond men vanuit het management iets te ver van het bedrijf.” Gaat Hillen alle keten langs? “Niet allemaal, dat kan niet. Maar bij de grote werken weet ik voor 90 procent wat er gebeurt.”
Iedere week worden grote projecten aan Hillen gerapporteerd. Face to face.“Op papier kan ik een project niet lezen.” Soms ontmoet hij de projectleider en de directeur op het hoofdkantoor in Rosmalen, soms bezoekt hij het werk. In Leiden gaat Hillen bijvoorbeeld vier projecten langs. “Dat doe ik in een dag.”
Het contact met de werkvloer is volgens hem belangrijk. “Ik spreek ook met de timmerman. Het kan toch niet zo zijn dat mensen je niet kennen als leider van een bedrijf.”
Wat ze vinden van Ton Hillen? “Dat moet je aan hen vragen. Soms ben ik lastig. Ik ga op zoek naar de feiten en let op details. Last van hiërarchie heb ik niet, maar dat betekent ook dat ik naar beneden geen last heb van hiërarchie. Dan ga ik drie lagen eromheen en hoor ik toch wat er gebeurt. Ik let ook op de bouwplaatsen. Ik ben geen bouwer, maar ik zie heel veel. Of er veilig gewerkt wordt bijvoorbeeld, en of het netjes is.”
Hillen verlangt van iedereen het onderste uit de kan. “We hadden in 2008 vijftien tot twintig opleverpunten per woning, we zitten inmiddels op één. De huismerkwoning zit inmiddels op nul. Dat is ambitie. Toen ik dat de eerste keer tegen de bouwdirecteuren zei, reageerden ze met: dat is godsonmogelijk, kan helemaal niet. Ik zei: maar we gaan het wel doen. Op die manier ben ik nu ook met infra bezig. Eigenlijk zijn het dezelfde dingen. Dat vind ik wel leuk.”
Nu de resultaten nog. Die komen eraan, belooft hij. “Geef me nog anderhalf jaar.”
Ton Hillen
Ton Hillen (1961) is sinds april lid van de raad van bestuur van Heijmans. Sinds 1992 werkt hij al bij het bedrijf uit Rosmalen. In het begin als projectontwikkelaar. In 2008 werd hij concerndirecteur vastgoed en voningbouw. Voor zijn tijd bij Heijmans werkte hij bij BAM en Anton Obdeijn Projectontwikkeling. Sinds januari dit jaar heeft Hillen de taak om de infradivisie van Heijmans weer op de rails te krijgen.Hillen is (als nevenfunctie) lid van de raad van toezicht Stichting Waarborgfonds Koopwoningen (SWK). Ook is hij bestuurslid van de Vereniging Nederlandse Projectontwikkeling Maatschappijen (Neprom). Hillen studeerde tussen 1984 en 1987 weg- en waterbouwkunde aan de hts in Utrecht.