GBL vs. Exor
GBL is de grootste Belgische holding. Net als Exor, investeringsmaatschappij van de familie Agnelli, is het grootste deel van de GBL-portefeuille belegd in grote multinationals. Bij GBL is dat drankenproducent Pernod Ricard, bij Exor is dat luxeautobouwer Ferrari.
Jan Reyns
05/08/2023
Deze week maakte GBL de halfjaarresultaten bekend. De portefeuille zakte met 2% in waarde, maar doordat de holding eigen aandelen inkocht en vernietigde, klom de waarde per aandeel toch met 3%. Toch is GBL op de beurs 38% minder waard dan de portefeuille. Die holdingdiscount werkt topman Ian Gallienne, gehuwd met een dochter van wijlen Albert Frère, danig op de zenuwen. ‘Onterecht’, foeterde hij in een call over de resultaten. Prompt kondigde hij een extra inkoop van eigen aandelen aan. Als die later vernietigd worden, verdwijnt meteen ook de discount. ‘Dat is het verstandigste wat we nu kunnen doen’, vindt Gallienne.
Matige investeerder
‘Beter nog zou zijn dat GBL investeert in goede bedrijven’, zegt Joren Van Aken, die voor Degroof Petercam holdings analyseert. Hij vindt dat de belangrijkste taak van een holding of investeringsmaatschappij. Bovendien werkt GBL al met 2 miljard euro schulden, of 12% versus de waarde van de portefeuille. Geld lenen kost ook geld.
Een kleine helft van GBL is geïnvesteerd in drie grote beursgenoteerde bedrijven: drankenproducent Pernod Ricard, sportartikelenfabrikant Adidas en SGS, gespecialiseerd in inspectie, controle, analyse en certificering voor bedrijven. Adidas belandde in een crisis, maar in de eerste jaarhelft herstelde het aandeel met zowat 40%. Dat de waarde van GBL niet meer deed dan stabiliseren, heeft te maken met een forse daling van de waarde van het Amerikaanse Concentrix. Het bedrijf nam de Franse callcentergroep Webhelp van GBL over maar betaalde vooral in aandelen. Die halveerden dit jaar in waarde.
Zo zet GBL de traditie voort van een heel matige investeerder. De voorbije tien jaar leverde het aandeel een jaarlijks rendement van 5,9% op. Zo is GBL de zwakste Belgische holding, minder dan de 7,7% voor de Europese Stoxx?600-index.
Luxe met Ferrari
Dan zijn beleggers in het Italiaanse Exor, dat Milaan ruilde voor een notering in Amsterdam, beter af. De voorbije tien jaar leverde het aandeel beleggers een jaarlijkse return op van 14,5%. Toch noteert deze holding met een discount van zelfs 42%. Dat is ongeveer evenveel als tien jaar gelden, ondanks de stevige waardecreatie.
Gaat Exor ook eigen aandelen inkopen? ‘Neen’, antwoordt Van Aken. ‘Exor is van oordeel dat die discount een zaak is voor de beleggers. De holding wil vooral goede investeringen doen. Met autobouwers Ferrari en Stellantis (Fiat, Peugeot, Opel …) en de industriële groep CNH is 70% van de portefeuille geconcentreerd in drie bedrijven.
Ferrari speelt de pannen van het dak. In plaats van een autobedrijf wordt het gewaardeerd als luxebedrijf. Terecht: woensdag publiceerde Ferrari resultaten en trok het zijn verwachtingen voor het jaar op. De autobouwer haalt een operationele winstmarge van 40%, een marge die alleen de rendabelste softwarebedrijven halen. Een niet te onderschatten troef van Exor is dat het nog 5 miljard euro cash heeft voor nieuwe investeringen. Goed voor zo’n 15% versus de huidige portefeuille.
Besluit: De evolutie van de waarde van de investeringen in portefeuille is meestal belangrijker dan de discount. De holdingkorting trekt aandacht, maar evolueert vaak met het beurssentiment. Soms is er geen touw aan vast te knopen. GBL vecht dus tegen spoken. Degroof Petercam geeft de voorkeur aan Exor, met een koopadvies, versus een houden-advies voor GBL.
.